Presenteren

terug naar index

Een presentatie zal je voor veel vakken op school moeten houden. Nu veel oefenen scheelt je straks tijd. Een goede presentatie begint met een goede voorbereiding. Begin op tijd met nadenken over de manier waarop je de presentatie wilt houden.

 

 

De voorbereiding:

  

Een presentatie doe je soms alleen, soms met klasgenoten. Als je het met klasgenoten moet doen,  onthoud dat goed dat  iedereen wel iets heeft dat hij of zij goed kan, dus maak gebruik van elkaars talenten om tot een goed resultaat te komen.

 

Doe je de presentatie alleen of met klasgenoten samen:

Bedenk heel goed waarom je iets gaat vertellen, voordat je het gaat vertellen. Wat wil je bereiken met je presentatie, wat wil je dat wij ervan leren;

Bedenk welke middelen je wilt gebruiken om je verhaal te onderstrepen, te verduidelijken of leuker te maken. Je kunt denken aan: transparanten (sheets), video, geluidsfragmenten, foto’s/dia’s, grafieken/tabellen, voorwerpen, bord enzovoort.  Je mag creatief zijn!

 

Doe je de presentatie met klasgenoten samen:

Overleg wie over welk onderwerp gaat praten;

Iedereen zorgt dat zijn of  haar stuk in orde is;

Overleg dan met elkaar! Vertel aan elkaar wat je gaat vertellen!! Ten eerste ben je dan op de hoogte van het verhaal van de ander, ten tweede kan je de ander je nog aanvullen om de presentatie nog beter te maken.

 

 

Media en middelen:

 

Je hebt verschillende media die je kunt gebruiken bij je presentatie:

Je stem: ben je (ook achterin) goed verstaanbaar, is je spreektempo goed (dus…praat je niet te snel). Oefen van tevoren met elkaar!!

Bord: je hebt verschillende kleuren krijtjes, voor je informatie gebruik je het midden van het bord. Oefen een paar keer van tevoren! Controleer dan of je leesbaar schrijft of de letters groot genoeg zijn en of het achter in het lokaal ook goed te lezen is;

Overhead: je kunt transparanten gebruiken om je verhaal te ondersteunen. Het moet niet zo zijn dat je verhaal precies hetzelfde is als op de transparant. Op een transparant zet je alleen de belangrijkste dingen (nooit meer dan 7 hoofdpunten). Als je een transparant helemaal volschrijft, is het voor niemand meer te lezen. Bedenk ook dat kleurengrafieken zwart-wit worden afgedrukt. Je kunt dan kleurenpennen gebruiken om de grafiek op de transparant in te kleuren;

Video: video is goed te gebruiken als informatiebron tijdens de presentatie. Ook leuk als intro op de presentatie om je onderwerp direct duidelijk te maken aan je publiek. Kies dan een stukje video dat de kern laat zien en nooit langer dan 2 a 3 minuten. Het is niet de bedoeling dat je publiek 15 minuten lang naar een video zit te kijken/luisteren!

Dia’s/ Foto’s: zijn soms goed om iets te laten zien. Kun je makkelijk op een transparant kopieren. Bedenk wel dat kleurenfoto’s/dia’s zwart-wit worden afgedrukt en dan heel vaak slecht leesbaar zijn. Kopieer eerst op gewoon papier!  Een boek met foto’s voor de klas in de lucht houden, werkt niet! Alleen je fans op de eerste rij kunnen de foto’s zien. Ook een boek doorgeven, werkt niet. Kost te veel tijd;

Spullen die bij een vak horen: bijvoorbeeld de atlas en kaarten, een skelet, proefjes enzovoort;

Bedenk van tevoren welke media je wilt gebruiken. Regel dan dat je de juiste apparatuur kunt gebruiken. Reserveer alle apparaten. Vervolgens probeer je de apparatuur uit, voordat je de presentatie houdt: hoe werkt het apparaat, doet het apparaat het, is het overal in het lokaal goed zichtbaar/verstaanbaar.

 

 

De presentatie:

 

sta rustig, kijk rustig rond en haal rustig adem;

Probeer je klasgenoten aan te kijken;

Maak een briefje met hoofdpunten of dingen die je echt elke keer vergeet tijdens de voorbereiding. Ben je de draad van je verhaal een beetje kwijt, neem dan een paar seconden de tijd om op dat blaadje te kijken voor je verder gaat;

Je vertelt een verhaal aan je klasgenoten. Dit houdt in dat je niet voorleest en niet alles uit je hoofd opzegt.

Ben je met een groepje, luister dan goed naar de anderen.